verbetert moeder- en kindzorg in Afrika
Bij het zien van de gehuurde wagen verschijnen er gelijk bedenkelijk kijkende gezichten. De chauffeur is echter weinig onder de indruk van onze twijfels en schort een deel van de bagage houtje touwtje vast op het dak. De wagen lijkt al voor we instappen aardig door de achterwielen te zakken. Nu staan Toyota’s wel bekend als oerdegelijk, maar kunnen we hiermee met zeven man inclusief bagage de bergen bedwingen?
Enigszins op elkaar gepakt reizen we in een rechte lijn van het noorden naar het zuiden van Tanzania. Wie zicht heeft op de voorruit, ziet een prachtig veranderend landschap voorbijtrekken waarin we talloze kleine dorpjes doorkruisen. Al snel doemt er aan onze linkerkant een bergmassief op, de Usambara Mountains, ons werkterrein voor de komende dagen.
Het is nog een behoorlijk intensieve roadtrip voordat we de vlakte verlaten en via onverharde slingerwegen als een slang door de bergen kruipen. De vergezichten achter elke nieuwe bocht zijn werkelijk adembenemend. Als blijkt dat onze wagen de korte route niet veilig kan nemen en we veroordeeld zijn tot de lange, daalt het moraal wel enigszins: op nog een paar uur extra als haringen in een ton had niemand gerekend.
Het helpt ons echter wel om ons in de situatie van zwangere vrouwen in dit gebied te verplaatsen. Wie hier moet bevallen, moet deze afstanden afleggen om een kliniek te bereiken en is daarbij vaak op slechter transport dan het onze aangewezen. In het regenseizoen worden de haarspeldbochten bovendien al snel modderglijbanen. Dit gebied past dus perfect bij de missie van onze stichting, namelijk zwangerschapszorg verbeteren in de buitengebieden.
Hoe dichter we bij onze bestemming komen, hoe meer we van het lokale leven zien. De streek is een van de dichtstbevolkte landelijke gebieden van Tanzania. Dit heeft alles te maken met de vruchtbare berghellingen, waar tot op grote hoogte terrassen zijn aangelegd waarop met name vrouwen aan het werk zijn. De Usambara Mountains zijn echt de tuin van het land, de groenten staan er fantastisch bij en het is er tijdens ons bezoek weelderig groen.
We verblijven op net iets minder dan 2000 meter hoogte. Bij mooi weer zouden we de Kilimanjaro moeten kunnen zien, maar die ontsnapt helaas opnieuw aan ons zicht. Als we die volgende ochtend een dorpswandeling maken, trekt er bovendien een dichte mist op. Na een paar hellingen op en af zijn we al buiten adem. Voor de vele vrouwen die op het land werken, de zwangeren inbegrepen, is dit dagelijkse kost.
Een lokale gids vertelt ons over het dorpsleven, de geneeskrachtige eigenschappen van de planten, de invloed van koloniale activiteiten op de biodiversiteit, de ceremonies van de medicijnmannen, lokale landbouwmethoden en nog veel meer. We bezoeken een coöperatie van vrouwen die pottenbakken met lokale technieken en zijn onder de indruk van de geurige waaier aan kleuren groenten, kruiden en specerijen op de markt.
De huisjes zijn klein, armoedig, vaak van takken en leem gemaakt. Er wonen veelal grote families samen, al dan niet met hun vee onder hetzelfde dak. Al vanaf jonge leeftijd werken de kinderen mee: we zien ze onderweg, soms in schooluniform, met halve bomen op het hoofd. Voor we het door hebben, bevinden we ons midden in een processie van schoolkinderen die zingend onderweg zijn naar de moskee in verband met het feest van de geboorte van de profeet Mohammed. De meeste mensen in deze streek zijn moslim, wat ook te zien is in het straatbeeld: de meeste meisjes dragen al jong een hoofddoek.
Zelfs de mascotte van de Usambara komt ons welkom heten: de beroemde maar helaas met uitsterven bedreigde tweehoornige kameleon trippelt vrolijk over Lucies arm. Het lijfje van het beestje neemt daarbij exact hetzelfde kleurenpatroon aan als haar trui. Na dit knap staaltje blending is het tijd dat wij ons gaan onderdompelen, en wel in de lokale gezondheidszorg. Daarover meer in ons volgende blog!